Handvatten voor ieder incident
Een goed uitgewerkt noodplan is onmisbaar voor iedere organisatie. Ons bedrijfsnoodplan (of BHV-noodplan) bestaat uit een basisplan en een operationeel plan. Het basisplan beschrijft hoe de BHV is georganiseerd en beheerd wordt in uw bedrijf. Het bevat informatie die niet direct nodig is tijdens een calamiteit maar wel vastgelegd moet worden.
Het operationele plan bevat uitsluitend de informatie die nodig is tijdens een calamiteit. Overzichtelijke gebouwgegevens, korte instructies, duidelijke tekeningen. Flowcharts met instructies en actielijsten die tijdens de inzet kunnen worden gebruikt. Geleverd in een speciaal ontworpen noodkoffer, met ruimte voor plattegronden.
Dankzij een goed noodplan komt uw BHV-organisatie nooit voor verrassingen te staan en weet u precies wat u moet doen om erger te voorkomen, mocht het ooit mis gaan.
Onze werkwijze Contact
lege regel
Veelgestelde vragen over het bedrijfsnoodplan
Wat is het verschil tussen een calamiteitenplan en een bedrijfsnoodplan?
Calamiteitenplan, bedrijfsnoodplan, intern noodplan of bedrijfshulpverleningsplan zijn verschillende termen die gebruikt worden voor hetzelfde document. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid omschrijft het als volgt:
“Een bedrijfsnoodplan is een draaiboek waarin systematisch staat aangegeven wat de organisatie moet doen als een calamiteit zich voordoet. Een goed voorbereide hulpverlening draagt bij aan het zoveel mogelijk beperken van de gevolgen ervan voor mensen. Met een bedrijfsnoodplan is de veiligheid van de locatie en de omgeving verzekerd.”
Dit draaiboek wordt door de meeste bedrijven bedrijfsnoodplan genoemd, maar sommige bedrijven gebruiken ook de term calamiteitenplan of BHV-plan. Het enige verschil is de naam, de inhoud is hetzelfde. Wij hanteren meestal de term bedrijfsnoodplan omdat wij van mening zijn dat deze term de lading het beste dekt. Bestaat het plan alleen uit BHV-delen? Dan gebruiken we de term BHV-plan.
Is een bedrijfsnoodplan wettelijk verplicht?
In de arbeidsomstandighedenwet komt het woord bedrijfsnoodplan niet voor. Wel staat in Artikel 15 het volgende te lezen:
“De bedrijfshulpverleners beschikken over een zodanige opleiding en uitrusting, zijn zodanig in aantal en zodanig georganiseerd dat zij de in het tweede lid genoemde taken naar behoren kunnen vervullen.”
Dit zijn de taken uit het tweede lid:
Het verlenen van de bijstand houdt in elk geval in:
a. het verlenen van eerste hulp bij ongevallen;
b. het beperken en het bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen;
c. het in noodsituaties alarmeren en evacueren van alle werknemers en andere personen in het bedrijf of de inrichting.
Om deze taken naar behoren te kunnen vervullen, is een bedrijfsnoodplan onmisbaar. Dit maakt dat een bedrijfsnoodplan dus inderdaad wettelijk verplicht is.
Wat zijn de gevolgen als een bedrijf geen bedrijfsnoodplan heeft?
De Inspectie SZW (voorheen de arbo-inspectie) controleert of bedrijven zich aan de arbeidsomstandighedenwet houden. Hierbij controleren ze onder andere of de bedrijfshulpverlening (BHV) goed is geregeld. Zonder helder intern noodplan, voldoet een bedrijf niet aan de eisen zoals te lezen in Artikel 15 van de arbeidsomstandighedenwet. Hiervoor kunnen boetes opgelegd worden.
Het grootste nadelige gevolg van het ontbreken van een bedrijfsnoodplan is echter dat er niet adequaat gereageerd wordt bij calamiteiten. Dit kan letsel, bedrijfsschade en zelf de dood tot gevolg hebben.
Wat moet er in het bedrijfsnoodplan staan?
Een bedrijfsnoodplan is altijd maatwerk. Een werknemer bij een accountantskantoor heeft immers met andere risico’s te maken dan iemand die met gevaarlijke stoffen in een fabriekshal werkt.
Ondanks het maatwerk moeten bepaalde onderdelen in ieder noodplan terugkomen. Op het arboportaal staat duidelijk te lezen welke onderdelen dit zijn:
Een intern noodplan moet in ieder geval een veiligheidsplan, een ontruimingsplan en een beveiligingsplan bevatten.
Verder moeten de volgende onderdelen vermeld zijn:
- de organisatie van de bedrijfshulpverlening;
- een schema van de commandostructuur van de bedrijfshulpverlening;
- de plaatsvervanging voor de bedrijfsvoering en de hulpverlening;
- de afstemming met de gemeentelijke rampenplannen en rampenbestrijdingsplannen; en
- een beschrijving van de verantwoordelijkheden en taken bij samenwerking tussen het bedrijf en de gemeentelijke instanties.
Vaak loopt een noodplan al vooruit op de periode na de ramp: wat moet er gebeuren om de continuïteit van de gehavende organisatie te verzekeren?
Een noodplan moet ook praktische zaken regelen:
- Hierin moet de plek opgenomen zijn waar medewerkers zich moeten verzamelen om te kunnen controleren of er mensen zijn achtergebleven en hoeveel.
- In een risico-analyse behoort ook gekeken te worden naar de vluchtwegen: zijn die duidelijk aangegeven, vrij van obstakels en voorzien van voldoende, goed werkende blusmiddelen?
- Het regelmatig oefenen van een rampenplan is noodzakelijk om de papierenplannen in de praktijk te beoordelen én medewerkers vertrouwd te maken met wat zij wel én niet moeten doen als een calamiteit is uitgebroken. Een goede voorbereiding is in geval van nood veel meer dan het halve werk.
In een intern noodgeval moeten de verantwoordelijkheden volledig duidelijk zijn en daarom dienen altijd de volgende zaken te worden vermeld:
- Een beschrijving van de verantwoordelijkheden van de belangrijkste (sleutel)functionarissen (wie zorgt voor de inwerkingtreding van het interne noodplan en wie heeft dan de leiding).
- Wie is verantwoordelijk voor de contacten met de autoriteiten (gemeente, politie, brandweer)?
- Een overzicht van mogelijke ongelukken en de wijze van bestrijding van dat soort ongelukken.
- Een beschrijving van concrete maatregelen om het personeel te waarschuwen en om te helpen bij een ongeluk (bijv. gedragsregels en wijze van alarmering).
- Hoe er bij een ongeluk wordt samengewerkt met de autoriteiten?
- Wat tijdens een ongeluk van werknemers wordt verwacht ter bestrijding van de gevolgen van een ongeluk, inclusief de samenwerking met externe hulpverleners (brandweer, ambulancedienst).
- Hoe steun wordt gegeven aan externe hulpverleners bij een ongeluk.
Hoe vaak moet een bedrijfsnoodplan bijgewerkt worden?
Het is belangrijk om bij de volgende situaties het bedrijfsnoodplan na te lopen:
- Bouwkundige wijziging in het pand -> is het nodig om de tekeningen en vluchtroutes aan te passen?
- Personele wijzigingen -> wie is waar verantwoordelijk voor en zijn de contactgegevens nog juist?
- Wijzigingen in apparatuur of processen -> hebben nieuwe werkwijzen dezelfde risico’s als de oude?
Wat moet er op een noodplantekening of veiligheidsplattegrond staan?
De veiligheidsplattegronden of noodplantekeningen die in het bedrijfsnoodplan zitten, moeten direct bruikbaar zijn tijdens een calamiteit. Daarom mag er op de tekeningen geen overbodige informatie staan. Wat er wel op staat is alles wat relevant is voor de BHV’ers en hulpdiensten. Bijvoorbeeld:
- Brandscheidingen
- Hulpmiddelen (waar hangen brandblussers?)
- Afsluiters van water, gas en elektra
- Locaties van gevaarlijke stoffen
- Brandweeringangen
Deze tekeningen zijn uitgebreider dan vluchtwegplattegronden of ontruimingsplattegronden die in ieder gebouw hangen.
.
.